Allergie bij de hond
Een allergie is een overgevoelige reactie van het afweersysteem op stoffen die normaal geen probleem zouden moeten vormen, zoals pollen, voeding of huidschilfers. In plaats van alleen te reageren op ziekteverwekkers zoals virussen of bacteriën, maakt het lichaam antistoffen aan tegen deze onschuldige stoffen. Het gevolg is vaak jeuk, huidproblemen of oorontstekingen.
Hoe herken je een allergie?
Bij honden uit een allergie zich meestal in de vorm van jeuk. De plekken waar de jeuk optreedt, geven soms een aanwijzing over het type allergie. Toch is het op basis van symptomen alleen moeilijk te bepalen om welke allergie het gaat. Vaak is aanvullend onderzoek nodig.
Soorten allergieën bij de hond
De meest voorkomende allergieën zijn:
- Vlooienallergie: zorgt voor hevige jeuk, vooral aan de onderrug en liezen.
- Atopie: een allergie voor stoffen in de omgeving zoals pollen, huisstofmijt of dierlijke huidschilfers. Jeuk zit vaak tussen de tenen, in de liezen, oksels, oren of rond de bek.
- Voedselallergie: hierbij reageert de hond op een of meer bestanddelen in het voer. De jeuk kan op bepaalde plekken of over het hele lichaam zitten.
- Contactallergie: een zeldzame vorm waarbij de hond jeuk krijgt op plaatsen die in direct contact komen met een bepaalde stof, zoals schoonmaakmiddelen of een voederbak.
Diagnose en onderzoek
Een allergie vaststellen kan tijd kosten. De dierenarts begint met een lichamelijk onderzoek en vraagt uitgebreid naar het ontstaan en verloop van de klachten. Er wordt gecontroleerd op vlooien en huidparasieten. Soms wordt er met een speciale lamp of kweek wordt gekeken naar mogelijke schimmelinfecties.
Als er geen duidelijke oorzaak wordt gevonden, wordt vaak gestart met een hypoallergeen dieet van minstens zes weken om een voedselallergie uit te sluiten. Tegelijk worden huidinfecties met bacteriën of gisten behandeld. Helpt dit niet, dan volgen bloedonderzoeken of huidtesten om een atopie op te sporen. Soms is aanvullend onderzoek, zoals een huidbiopt, nodig om andere aandoeningen uit te sluiten.
Behandeling van allergieën
Zodra de oorzaak bekend is, wordt er gericht behandeld. Soms lukt het helaas niet om de precieze trigger te vinden. In dat geval wordt gekozen voor symptoombestrijding met medicatie, speciale shampoos en ondersteunende huidverzorging. Belangrijk is dat ook bijkomende huidinfecties altijd worden behandeld – deze kunnen de jeuk verergeren en gaan niet vanzelf over.
Tot slot
Een allergie bij de hond is soms lastig op te sporen en vereist geduld. Toch is in de meeste gevallen goede verlichting van de klachten mogelijk. Heeft u vragen over allergieën of vermoedt u dat uw hond hier last van heeft, neem dan gerust contact met ons op.
Angst voor vuurwerk
Vuurwerkangst is een veel voorkomende angst bij dieren. Vooral de decembermaand kan daardoor heel stressvol zijn, niet alleen voor het dier, maar ook voor u. Tekenen van (vuurwerk)angst bij dieren kunnen zijn:
- Hijgen, likken en smakken
- Wegkruipen of juist overmatig aandacht zoeken
- Trillen en/of verstijven
De vraag is dan natuurlijk: wat kunnen we hiertegen doen? Er zijn twee manieren om vuurwerkangst bij de hond te behandelen. Aan de ene kant kunnen we proberen de angst voor vuurwerk of andere harde geluiden te verminderen door middel van training of we kunnen de angst door middel van medicijnen en/of voedingssupplementen verminderen.
Geluidstraining
Vroeger werden er vaak USB’s en CD’s aanbevolen, maar er staan tegenwoordig ook hele handige afspeellijsten op Spotify en op Youtube met vuurwerk- en onweersgeluiden. Laat de hond en/of kat geleidelijk wennen door het geluid eerst zacht op te zetten en het volume gedurende meerdere dagen/weken langzaam op te bouwen. Beloon uw dier met iets lekkers, wanneer deze zich rustig houdt en de geluiden negeert. Ook aandacht geven is een sterke beloning. Als uw dier angstig wordt van de geluiden, dan gaat het te snel. Zet het volume dan weer een stukje lager en verhoog het volume zodra uw dier hier comfortabel mee is.
Geluidstraining kan gecombineerd worden met:
- De Adaptil halsband en/of verdamper: Door middel van feromonen kalmeert uw hond. Ook zijn er Adaptil tabletten verkrijgbaar.
- Het Thundershirt: met dit shirt wordt een constante druk gegeven, waardoor de hond zich gewaarborgd kan voelen thundershirt.com.
- Calm dieetvoeding:Deze voeding bevat alfa casozepine bevat. Normaal zit deze stof in moedermelk en heeft een kalmerend effect op honden.
- Telizen: Dit middel bevat L-Theanine en werkt kalmerend voor de hond.
- Zylkene:Zylkene bevat ook het middel alfa casozepine, zoals het Calm dieetvoer.
Als een hond langdurig stress ervaart kan men na ca. 1-2 weken effect verwachten (bijvoorbeeld bij vuurwerkangst). Bij honden die al in de stress raken bij het horen van de eerste knal is het te adviseren om 1 maand tot 2 weken voor oudejaarsdag Zylkene te geven, zodat het middel kan gaan werken, voordat het eerste vuurwerk afgestoken wordt.
Wij kunnen deze middelen verstrekken op locatie Oostgaarde, maar ook op locatie Dorrestein.
Medicatie tegen vuurwerkangst
Er worden vele verschillende soorten medicatie voorgeschreven om de hond te kalmeren rondom oud en nieuw. Bovenstaande voedingssupplementen werken kalmerend. Soms is het nodig om daarnaast medicatie te geven. De medicatie die wij kunnen voorschrijven werkt angst-onderdrukkend en uw dier kan er wat suffer van worden. Vraag ons naar de mogelijkheden.
Verdere tips
- Begin op tijd met supplementen of medicatie tegen vuurwerkangst, vaak adviseren wij hier 1-2 maanden van tevoren mee te beginnen.
- Zorg voor een plek waar uw dier zich kan terugtrekken, zoals een slaapkamer of badkamer.
- Sluiten ramen en gordijnen.
- Laat de verlichting in het huis aan en zet de radio of TV aan.
- Laat uw dier niet alleen.
- Geef steun maar stimuleer angstig gedrag niet extra door te troosten.
- Zorg voor afleiding en geef bijvoorbeeld wat lekkers of speeltje.
- Straf niet! Dit kan angst in de hand werken.
Artrose bij de hond
Wat is artrose?
Artrose is een vorm van slijtage van een of meerdere gewrichten. Het ontstaat doordat er meer gewrichtskraakbeen verloren gaat dan door het lichaam geproduceerd wordt. Het kraakbeen verslechtert en verdwijnt soms helemaal. Bij artrose vermindert ook de vloeistof in het gewricht. Deze vloeistof is nodig om het gewricht soepel te laten bewegen en om schokken te absorberen. Door de slijtage van gewrichtskraakbeen en vermindering van de schokabsorberende vloeistof kunnen botten over elkaar schuren, wat veel pijn veroorzaakt.
Wat veroorzaakt artrose?
Artrose wordt eigenlijk gezien als een normaal proces van de gewrichten bij het ouder worden. Bij toenemende leeftijd en door belasting met het eigen lichaamsgewicht neemt de opbouw van kraakbeen af en de afbraak toe. Risicofactoren voor het ontstaan van artrose zijn:
- Erfelijkheid: sommige rassen zijn vatbaarder voor de ontwikkeling van artrose.
- Trauma: fracturen, dislocaties en andere verwondingen kunnen ervoor zorgen dat een gewricht anders wordt gebruikt waardoor artrose kan ontstaan.
- Overgewicht: dit kan ook de bestaande klachten verergeren.
- Ontstekingsreactie: door een lichte ontstekingsreactie in het lichaam kan de afbraak van kraakbeen versneld worden.
Wat zijn de verschijnselen van artrose?
Het meest opvallende teken van artrose is gewrichtspijn, meestal bij de ellebogen, knieën en heupen. Tekenen die eigenaren kunnen opvallen:
- Stijfheid na periode van rust.
- Startkreupelheid/moeilijk opstaan of ochtendstijfheid
- Mank of kreupel lopen, loopt onregelmatig.
- Pijnuitingen, piepen, poot omhoog houden.
- Chagrijnig/minder tolerant tegenover mensen of andere huisdieren.
- Bij het uitlaten eerder gaan zitten.
- Staart en/of kop laag houden bij lopen.
Wat gebeurt er in het gewricht bij artrose?
Er ontstaan botwoekeringen langs de randen van het gewricht (zichtbaar op de röntgenfoto). Het gewrichtskraakbeen wordt ook afwijkend omdat de gewrichtsvloeistof vaak een afwijkende samenstelling krijgt. Hierdoor neemt de voedende functie van de gewrichtsvloeistof voor het kraakbeen af. De banden en het gewrichtskapsel worden anders van structuur, waardoor ook de functie van banden en kapsel achteruit kan gaan. De benige veranderingen zijn niet omkeerbaar. Echter de achteruitgang van het kraakbeen, gewrichtskapsel en banden is wel degelijk te beïnvloeden.
Is er iets aan te doen?
- Rust roest, dus blijven bewegen. Wel gedoseerd en een goede warming-up.
- Rechtlijnige beweging zoals draven naast de fiets en zwemmen.
- Bij overgewicht is afvallen gewenst en noodzakelijk.
- Pijnstilling bij slechte dagen, of een onderhoudsdosering (bijvoorbeeld rimadyl of metacam).
- Librela injecties: een injectie die een maand lang werkt tegen de pijn van artrose.
- Fysiotherapie en eventueel acupunctuur zijn mogelijk.
- Voedingsadviezen. Er zijn voeders op de markt met extra anti-oxidanten, omega-3-vetzuren en chrondroitine-sulfaat en glucosaminoglycanen. Deze ondersteunen de voeding van het kraakbeen in een gewricht met artrose. Denk bijvoorbeeld aan Hill’s j/d (reduced calorie).
- Voedingssupplementen, dit zijn toevoegingen aan het voer met een gunstige werking bij artrose, zoals Doils Joint en Flexadin.
Conclusie
Een gewricht met artrose wordt nooit meer een normaal gewricht. De veranderingen van de weke delen en deels ook van het gewrichtskraakbeen kunnen nog omkeerbaar zijn. De benige veranderingen zijn meestal blijvend. De functie van het gewricht kan terugkeren tot vrijwel normaal niveau, wat betekent dat een dier weer normaal kan functioneren bij niet te hoog gestelde eisen aan de beweging. Een dier met artrose zal af en toe een terugval vertonen na een eerder ingezette verbetering. Verhogen of opnieuw voorschrijven van medicatie, pijnstillers en/of fysiotherapie en de beweging even beperken tot een rechtlijnige gecontroleerde drafbeweging moet het gewricht weer in het gareel brengen.
Castratie reu
Twee soorten castratie
Castratie bij de reu kan op twee verschillende manieren uitgevoerd worden: chemisch en chirurgisch. Bij chemische castratie wordt er een implantaat met hormonen onder de huid geplaatst. In de eerste twee weken kan een verhoogde testosteronspiegel optreden, waardoor bepaald gedrag kan verergeren. Na 4-6 weken werkt de implantaat optimaal. Dat houdt in dat de testosteron zal dalen en er zullen ook geen spermacellen geproduceerd worden. Wij hebben de Supelorin implantaat die gemiddeld 6 maanden werkt (op verzoek kunnen wij de 12 maanden werkzame implantaat bestellen, minimale afname is 2). Het implantaat lost vanzelf volledig op en chemische castratie kan meerdere keren uitgevoerd worden.
Redenen voor chemische castratie zijn: effectiviteit bepalen van castratie op ongewenst gedrag, tijdelijk onvruchtbaar maken van een reu (bijvoorbeeld tot een teefje in huis gesteriliseerd is) en bij verhoogd narcose risico als castratie wel gewenst is.
De andere castratie optie is chirurgisch. Hierbij worden beide teelballen operatief via één snede verwijderd. De reu krijgt na de operatie een Medical Pet Shirt of een kraag om, om te voorkomen dat hij bij de wond kan komen, en natuurlijk pijnstilling. Bij de controle wordt de wond gecontroleerd.
Waarom castreren?
Gedrag
Vanaf 6 maanden leeftijd kan een reu vruchtbaar worden en dan beginnen ook de hormonen op te spelen. Denk hierbij aan rijgedrag, heel veel snuffelen, meer interesse in teven en/of dominantie. Reuen kunnen heel slecht gaan eten, wanneer er een loopse teef in de buurt is en kunnen soms weglopen. Een castratie vermindert de hormoonspiegel, maar opvoeding en karakter kunnen ook een reden zijn voor ongewenst gedrag. Het is dus niet altijd hormonaal.
Bij angstige honden moet goed overwogen worden of castratie dit niet juist erger zal maken. Het is erg belangrijk om goed te overleggen of castratie geschikt is voor de reu.
Prostaat
De prostaat is een klier rondom de urinebuis van de blaas naar de penis. Er zijn meerdere prostaat problemen die op kunnen treden bij niet-gecastreerde reuen. Een voorbeeld is goedaardige prostraat vergroting (benigne prostaat hyperplasie), waarbij plasproblemen gezien kunnen worden. Dit kan behandeld worden door middel van medicatie of (chemische) castratie.
Tumoren
Bij reuen komt ook teelbalkanker voor (op latere leeftijd). We zien dan dat een of beide teelballen toegenomen zijn in grootte en in stevigheid. Soms is er sprake van een eenzijdig hormoon producerende teelbaltumor. In dat geval is de andere teelbal juist kleiner en zachter geworden, terwijl de aangedane teelbal groot en erg stevig en soms onregelmatig aanvoelt. Er wordt een echo geadviseerd om uitzaaiingen uit te sluiten en door middel van castratie worden de teelballen operatief verwijderd.
Sterilisatie teef
Bij sterilisatie worden de eierstokken verwijderd (eigenlijk is het dus een castratie), waardoor de hond onvruchtbaar is en geen loopsheid meer krijgt. De ingreep gebeurt onder narcose.
Redenen om uw teef te steriliseren zijn bijvoorbeeld:
- De teef heeft last van ernstige schijnzwangerschap
- Voorkomen van baarmoederontsteking (dodelijke aandoening)
- Minder kans op melkkliertumoren als de teef vlak na de eerste loopsheid geholpen wordt.
- Voorkomt / vermindert suikerziekte
Mogelijke nadelen van sterilisatie zijn overgewicht (gesteriliseerde honden hebben groter risico hierop), slechtere vacht, incontinentie (grote en te jonge honden).
Wij steriliseren honden vaak via een laparoscopische sterilisatie. De teef krijgt na de operatie een Medical Pet Shirt of een kraag om, om te voorkomen dat zij bij de wond kan komen, en natuurlijk pijnstilling. Bij de controle wordt de wond gecontroleerd.
Chippen
Wat is chippen?
Chippen houdt in dat de dierenarts een ’transponder’ inbrengt door middel van een injectienaald. Deze wordt vaak onder de huid tussen de schouderbladen of bij de nek ingebracht. In de ingebrachte chip zit een registratie nummer, welke kan worden afgelezen met een chip-reader. Dit nummer is uniek voor uw dier.
Waarom chippen?
Chippen van honden is verplicht.
Voordelen van chippen
• Een chip is gemakkelijk te plaatsen en af te lezen. Het dier kan tijdens het plaatsen van de chip de prik van de naald wel voelen, maar de chip zelf voelt het dier niet. Hij/zij heeft er dus verder geen last van.
• Een chip gaat vrijwel altijd een heel dierenleven lang mee
• Een chip kan ook bij jonge dieren geplaatst worden.
• Uw dier kan de chip in principe niet verliezen, al kan deze heel soms een klein stukje door het lichaam verplaatsen.
Chipactie
Elk jaar hebben wij in de maand juni een chip actie! Voor maar €26,00 kunt u bij ons uw hond en/of kat laten chippen, inclusief registratie.
Dracht bij de hond
Als een reu en teef gekoppeld zijn geweest, is de kans op dracht reëel. Toch is alleen een koppeling geen garantie. De meest betrouwbare manier om vast te stellen of een teef drachtig is, is via een echo. Deze kan vanaf dag 28 na de dekking worden uitgevoerd. Een röntgenfoto is mogelijk vanaf dag 52 en kan meer duidelijkheid geven over het aantal pups. In de laatste fase van de dracht zijn de pups soms ook met de hand te voelen.
Duur van de dracht
Een dracht duurt gemiddeld 63 dagen, al ligt de normale spreiding tussen de 56 en 67 dagen. In de laatste week van de dracht wordt de buik van de teef duidelijk voller en kunnen haar melkklieren opzwellen. Veel teven worden rustiger of beginnen nestgedrag te vertonen, wat een teken is dat de bevalling nadert.
De bevalling
Een betrouwbare aanwijzing dat de bevalling aanstaande is, is een daling van de lichaamstemperatuur met ongeveer een halve tot anderhalve graad. Dit gebeurt meestal binnen twaalf uur voor de bevalling. Witte of lichtgroene uitvloeiing uit de vulva is ook een signaal dat het niet lang meer zal duren. Na het breken van het vruchtwater zou de eerste pup binnen korte tijd geboren moeten worden. Als het persen te lang duurt zonder resultaat, is het belangrijk om direct de dierenarts in te schakelen.
Tussen de geboorte van twee pups zit gemiddeld zo’n drie kwartier. Soms neemt de teef tussendoor rust of valt ze zelfs even in slaap. Zolang er geen actieve persweeën zijn, is dat normaal. Als de teef echter perst zonder dat er een pup volgt, of als er veel tijd verstrijkt tussen pups, is het verstandig dit te laten controleren. Soms is een weeënversterkend middel nodig om de bevalling te laten vorderen.
Na de geboorte
Na de geboorte scheurt de navelstreng meestal vanzelf op de juiste plek af. De teef kan tot zo’n twintig dagen na de bevalling uitvloeiing hebben, die in het begin donkerrood is en daarna lichter wordt. Deze afscheiding mag nooit gaan stinken. De lichaamstemperatuur van de teef moet in de dagen na de bevalling in de gaten gehouden worden; een verhoging kan duiden op een ontsteking of achtergebleven weefsel.
Zorg voor de pups
Pups moeten direct na de geboorte dagelijks aankomen in gewicht. Gewichtsverlies in de eerste dagen is een alarmsignaal. De oogjes openen zich rond de tiende dag en vanaf drie weken kan gestart worden met bijvoeren. Op zes weken leeftijd vindt de eerste vaccinatie plaats, gevolgd door herhalingen op negen en twaalf weken. Vanaf acht weken mogen de meeste pups naar een nieuw baasje, hoewel bij kleinere rassen soms geadviseerd wordt om nog iets langer bij de moeder te blijven.
Zorg voor de moeder
De moederhond heeft in de kraamperiode extra energie nodig. Puppyvoer kan in deze periode een goede keuze zijn vanwege de hogere voedingswaarde. Zowel de teef als de pups moeten regelmatig worden ontwormd in de eerste weken. Blijf alert op afwijkend gedrag, slechte eetlust, koorts of andere signalen die kunnen wijzen op gezondheidsproblemen. Bij twijfel is het verstandig om snel een dierenarts te raadplegen.
Wat is epilepsie?
Epilepsie is een aandoening waarbij er in de hersenen een plotselinge, ongecontroleerde ontlading van zenuwcellen optreedt. Dit is te vergelijken met een soort ‘kortsluiting’ in het brein, en kan leiden tot een aanval. Deze aanvallen verschillen per dier in duur en ernst.
De drie fasen van een aanval
Een epileptische aanval bestaat uit drie fasen. Voorafgaand aan de aanval kan het dier zich anders gedragen: rustiger, juist onrustiger, of wat aanhaliger. Dit is de pre-ictale fase. Tijdens de aanval is er meestal bewustzijnsverlies met krampen, schuimbekken, urineverlies of schokkende bewegingen. Deze ictale fase is heftig, maar meestal kort. De post-ictale, ofwel de herstelfase, is vaak verwarrend: het dier is onrustig, gedesoriënteerd of lijkt u niet te herkennen. Dit gedrag is tijdelijk.
Soorten epilepsie
Epilepsie komt in twee vormen voor. Bij focale epilepsie blijft de activiteit beperkt tot een deel van de hersenen. Het dier is vaak nog bij bewustzijn en kan gedragsveranderingen of abnormale bewegingen van een deel van het lijf vertonen. Bij gegeneraliseerde epilepsie raakt het hele brein betrokken, wat leidt tot heftige aanvallen met bewustzijnsverlies.
Mogelijke oorzaken
We onderscheiden primaire epilepsie, waarbij geen aantoonbare oorzaak wordt gevonden, en secundaire epilepsie, die ontstaat door een andere aandoening, zoals een hersentumor, leveraandoening of vergiftiging. Bij jonge dieren komt erfelijke epilepsie vaker voor.
Wanneer is behandeling nodig?
Niet elke aanval vereist direct behandeling. Toch is medicatie nodig wanneer aanvallen vaker voorkomen, als er meerdere aanvallen kort na elkaar optreden (clustering), of als een aanval langer duurt dan tien minuten (status epilepticus). In deze laatste gevallen moet altijd direct een dierenarts worden ingeschakeld, omdat het een levensbedreigende situatie is.
Behandeling en medicatie
Met de juiste medicatie kunnen veel dieren goed worden geholpen. De aanvallen worden minder ernstig of komen minder vaak voor. Soms zijn combinaties van medicijnen nodig, of moet de behandeling worden aangepast vanwege bijwerkingen. In enkele gevallen lukt het niet om de aanvallen onder controle te krijgen, en moet euthanasie overwogen worden om het lijden te stoppen.
Prognose
Veel honden en katten met epilepsie kunnen, ondanks hun aandoening, een normaal en gelukkig leven leiden. Een goede samenwerking tussen eigenaar en dierenarts is cruciaal voor het monitoren van de aanvallen en het bijstellen van de behandeling.
Voorzichtig
Een dier met een epileptische aanval is zich niet bewust van zijn gedrag. Wat soms als agressie wordt ervaren, is meestal een reflexmatige reactie. Tijdens de aanval of in de herstelfase kan het dier schrikachtig reageren. Kom daarom niet te dichtbij, en leg dit ook uit aan kinderen of anderen in huis. Plotselinge agressie buiten de aanvallen om kan duiden op een andere oorzaak, zoals een hersentumor, en moet verder onderzocht worden.
Euthanasie bij uw huisdier
Euthanasie blijft een vervelend moment van het hebben van huisdieren, maar elke diereigenaar heeft er mee te maken gehad of krijgt er mee te maken.
Wanneer euthanasie?
Er is geen eenduidig antwoord te geven op deze vraag. De keuze tot euthanasie wordt in overleg tussen eigenaar en dierenarts gemaakt. Er zijn een aantal criteria waar u als eigenaar naar kunt kijken om een weloverwogen beslissing te nemen.
- Drinkt en eet uw hond nog uit zichzelf?
- Beweegt uw hond zich op een normale manier?
- Houdt uw hond zijn/haar poep en plas op?
- Zijn er meer negatieve momenten dan positieve momenten?
Wat gebeurt er tijdens euthanasie?
Euthanasie kan bij ons op de kliniek, maar kan ook bij u thuis gebeuren. Uw dier krijgt eerst een verdovende injectie, vergelijkbaar met een narcose prik voor een operatie. Deze injectie wordt onderhuids, via de spier of via een infuus gegeven. Uw dier valt hiervan in slaap. Wanneer uw huisdier niets meer voelt en in diepe slaap is, wordt er een tweede injectie gegeven. Deze injectie wordt toegediend via het infuus. Van deze prik voelen de dieren niks en hiervan stopt het hart. U en uw familie krijgen tijdens en na de euthanasie de tijd om rustig afscheid te nemen.
Na de euthanasie
Nadat u afscheid genomen heeft van uw huisdier, kunt u uw huisdier bij ons achterlaten en laten cremeren. Onze dierenklinieken hebben een vertrouwelijke samenwerking met Dierencrematorium Rotterdam-Noord en Dierenuitvaartzorg Nootdorp. Indien gewenst kan uw huisdier ook bij een ander crematorium gecremeerd worden.
Bij een thuis euthanasie is het verloop hetzelfde als bij een euthanasie op de kliniek. De dierenarts mag uw huisdier echter niet meenemen, dus u kunt uw huisdier zelf naar een crematorium brengen of op laten halen door het crematorium.
Is crematie niet gewenst, dan kan uw huisdier ook bij ons opgehaald worden voor destructie.
Zijn er vragen of twijfelt u over euthanasie van uw dier, bel gerust of maak een afspraak om met de dierenarts te overleggen.
Gebitsverzorging
Het gebit van uw huisdier hoort net als bij de mens goed verzorgd te worden. Hierbij spelen vele zaken een rol zoals leeftijd en gezondheidstoestand, de stand van de tanden en kiezen, het kauwgedrag, de voeding, het schoonhouden van het gebit door u als eigenaar en de tandheelkundige zorg door de dierenarts.
Gebitsinspectie
Het beste is het dier van jongs af aan vertrouwd te maken met de controle van de mondholte. Bouw dit langzaam op door eerst alleen aan de buitenkant van de wang te voelen met de tanden en kiezen op elkaar en later ook met geopende bek. Beloon ieder goed gedrag. Dit kan bij honden bijvoorbeeld voor het uitlaten, zodat dit direct als beloning kan volgen. De dierenarts voert minimaal bij iedere vaccinatie een gebitsinspectie uit. Verder is het aan te raden op de leeftijd van 6 maanden de tandwisseling te laten controleren, omdat hierbij nogal eens problemen blijken op te treden. Het kan namelijk voorkomen dat melktandjes blijven zitten, wat de stand van de definitieve tanden negatief kan beïnvloeden.
Gebitsreiniging
De meeste huisdieren kunnen hun gebit niet alleen door hun speeksel en kauwen voldoende schoonhouden, waardoor tandplaque en tandsteen ontstaat. Het gevolg daarvan is stank uit de bek, pijn en eventueel loslaten van elementen. Om dit te voorkomen zijn de volgende maatregelen te nemen:
- Voeding: Het kauwen kan gestimuleerd worden door droogvoer te geven en bij de hond bijvoorbeeld kauwstaven/botten. Ook is er een speciaal voer voor de hond verkrijgbaar dat tandplaquevorming voorkomt en kauwen versterkt, zoals Hills t/d.
- Poetsen: Het is wetenschappelijk bewezen dat het poetsen van het gebit van uw hond de vorming van tandplaque en tandsteen significant verminderd. Als er wel al tandsteen aanwezig is, zal dit eerst door de dierenarts (onder sedatie) verwijderd moeten worden. Poetsen kan met een gaasje om de vinger, een vingerborstel of een tandenborstel. Dit kan in combinatie met dierentandpasta, deze heeft een prettige smaak, schuimt niet en mag doorgeslikt worden. Bij het poetsen zijn de buitenkanten van de tanden en kiezen het belangrijkste. Het wennen gebeurt geleidelijk. Forceer niks en beloon veel. Afhankelijk van allerlei factoren als voeding, aanleg en conditie van het gebit kan 1 x daags tot 2 x per week worden gepoetst.
- Orozyme producten: Om het tandsteen te verweken. In de producten van Orozyme zitten enzymen die van binnen uit ervoor zorgen dat het speeksel van de hond een andere samenstelling krijgt, waardoor het tandsteen verweekt en nieuw tandplak niet kan aanhechten.
Controle
Na het eerste levensjaar is een jaarlijkse controle door de dierenarts in principe voldoende, tenzij u problemen waarneemt als een slechte adem, een veranderde manier van eten/ kauwen (scheve kop, langzaam eten, kwijlen), zichtbare veranderingen zoals loszittende of afgebroken elementen, rood tandvlees, veel tandplaque of tandsteen. Mocht het nodig zijn het gebit te saneren (reinigen, polijsten en zo nodig extracties), dan gebeurt dit onder sedatie.
Conclusie
Een gezond gebit is prettig voor uw dier en ook voor u als eigenaar. Het draagt bij aan het welzijn en de levensduur van uw huisdier.
Giardia
Giardia is de meest voorkomende maagdarmparasiet bij katten en honden. Het is een eencellige protozo/parasiet die wordt overgedragen via direct contact van mond en besmette ontlasting, voedsel of water. U kunt Giardia ook van buiten meenemen, via uw schoenen bijvoorbeeld. Het duurt 5-16 dagen tot het ontstaan van ziekteverschijnselen. Dieren kunnen de parasiet daarna gedurende meerdere weken afwisselend uitscheiden. Ze kunnen ook drager zijn van Giardia, waarbij ze wel de parasiet uitscheiden zonder ziekteverschijnselen.
Besmetting door Giardia
Giardia komt voor in twee verschillende vormen: als trofozoiet en als cyste. De trofozoiet is het stadium waarbij de parasiet zich in de darm bevindt. Als de parasiet met de ontlasting aan het einde van het darmkanaal komt vormt hij een beschermende laag om zich heen, en wordt hij inactief. Dit wordt de cyste genoemd. Deze cysten zijn besmettelijk, en kunnen door hun beschermlaagje erg lang in de omgeving overleven.
Besmetting vindt plaats door direct contact tussen dieren of contact met de ontlasting van andere dieren. Dieren kunnen zichzelf ook herbesmetten, doordat de cysten in de vacht blijven hangen en weer opgelikt kunnen worden.
Symptomen Giardia bij de hond
Honden krijgen niet altijd last van symptomen door Giardia. Bij een verminderde weerstand kan de parasiet echter symptomen en klachten met zich meebrengen. De meeste honden krijgen last van chronische, wisselende, bleke, stinkende en slijmerige diarree waar soms ook bloed bij zit. Daarnaast kan uw hond krijgen van buikkrampen, gasvorming, braken of sloomheid en de eetlust verliezen.
Ontlasting onderzoek
Giardia is te vinden in de ontlasting, door middel van ontlastingonderzoek. Omdat de parasiet niet continu uitgescheiden wordt, wordt de kans op het vinden groter als er van 3 opeenvolgende dagen ontlasting verzameld wordt. Deze ontlasting moet tussendoor in de koelkast bewaard worden. Voor het vaststellen van Giardia gebruiken wij de SNAP test. Er bestaat de kans op vals-negatieve uitslagen, terwijl uw dier wel besmet is. We beoordelen daarom ook altijd de ontlasting op consistentie, kleur en geur. Bij twijfel kunnen wij de ontlasting ook naar een laboratorium sturen voor verder onderzoek.
Behandeling tegen Giardia
Giardia kan behandeld worden met Fenbendazol (Panacur®) of Metronidazol. Vaak beginnen wij met een kuur Fenbendazol van 5 dagen, dan een stopweek en daarna nogmaals een kuur van 5 dagen. Leven er andere dieren in huis? Dan raden wij aan ook die te behandelen.
Giardia bij de mens
Ook bij mensen komt Giardia voor. Vaak zijn dit varianten die niet bij honden en katten voorkomen, maar er zijn twee varianten die zowel bij honden/katten, als de mens kunnen voorkomen. Giardia is dus wat men noemt een zoönose (overdraagbaar van dier op mens). Goede hygiëne is daarom belangrijk!
Omgevingshygiëne
Giardia op straat voorkomen is helaas niet mogelijk. In huis kunt u wel maatregelen nemen het infectierisico te verminderen.
- Ruim ontlasting zo snel mogelijk op.
- Was bedjes/mandjes/kussen indien nodig op 60 graden. Bekleding van bank of auto kunt u stomen (1 minuut op 70 graden)
- Maak de ruimte schoon met water en zeep. Daarna kunnen Giardia cysten gedood wordt met chloor of quaternaire ammoniumzouten.
Indien u meerdere dieren in uw huishouden heeft, is het vaak nodig alle dieren tegen Giardia te behandelen, ook wanneer de andere dieren geen symptomen van infectie hebben.
Mocht u na deze informatie nog vragen hebben neem dan gerust contact met ons op.
Oogproblemen bij de hond
Oogproblemen komen regelmatig voor bij honden en kunnen één of beide ogen betreffen. Het oog is een complex orgaan, opgebouwd uit verschillende onderdelen zoals het hoornvlies, bindvlies, oogleden, traanklieren en de oogbol zelf. Elk van deze structuren kan betrokken zijn bij een aandoening, variërend van milde irritaties tot ernstige, spoedeisende problemen.
Ontstekingen van bindvlies en hoornvlies
Een veelvoorkomende klacht is een ontstoken oog, waarbij het bindvlies (slijmvlies) of het hoornvlies betrokken kan zijn. Bij bindvliesontsteking (conjunctivitis) is vaak sprake van roodheid, zwelling en vieze uitvloeiing. Als ook het hoornvlies (keratitis) is aangedaan, is de situatie ernstiger, en knijpt de hond vaak met het oog of toont hij pijn. De ontsteking kan zich in één of beide ogen voordoen.
Aandoeningen van de oogleden
De oogleden beschermen het oog, samen met een derde ooglid. Bij sommige hondenrassen kunnen afwijkingen optreden aan deze structuren.
- Cherry-eye is een zichtbare zwelling van de traanklier achter het derde ooglid.
- Entropion is een naar binnen gedraaid ooglid waarbij de wimperharen het oog irriteren, wat leidt tot chronische ontsteking of beschadiging.
- Ectropion is een naar buiten gekruld ooglid waardoor het oog onvoldoende beschermd is.
Problemen met de traanproductie
Bij Keratoconjunctivitis Sicca (KCS), ook wel het droge ogen-syndroom genoemd, produceert het oog onvoldoende traanvocht. Hierdoor droogt het hoornvlies uit, wat leidt tot irritatie, ontsteking en soms blijvende schade. Vroege herkenning en behandeling zijn hierbij belangrijk.
Glaucoom: verhoogde oogdruk
Glaucoom is een ernstige oogaandoening waarbij de druk in de oogbol te hoog oploopt. Dit kan binnen korte tijd leiden tot onherstelbare schade en blindheid. Symptomen zijn o.a. een doffe oogbol, verwijde pupil, pijn en verminderd zicht. Glaucoom is een spoedgeval dat direct door een dierenarts moet worden beoordeeld.
Oorontsteking bij de hond
Een oorontsteking komt regelmatig voor bij honden. Meestal betreft het een ontsteking van de buitenste gehoorgang, ook wel otitis externa genoemd. Dit kan erg pijnlijk zijn en vraagt om tijdige en gerichte behandeling om chronische problemen te voorkomen.
Symptomen van oorontsteking
Honden met een oorontsteking krabben aan hun oor, schudden met de kop, piepen bij aanraking en houden soms het hoofd schuin. Het oor kan rood zijn, stinken en er kan pus of veel oorsmeer zichtbaar zijn. In ernstige gevallen ontstaat er een zogenaamd bloedoor: een zwelling van de oorschelp door bloedophoping.
Oorzaken van oorontsteking
In de meeste gevallen (ongeveer 80%) ligt de oorzaak van een oorontsteking in een onderliggend huidprobleem, vaak een allergie. Door de ontsteking raakt de huid van de gehoorgang verzwakt, waardoor bacteriën en gisten makkelijk een infectie kunnen veroorzaken.
Andere mogelijke oorzaken zijn:
- Vreemde voorwerpen, zoals grasaren of poliepen (vaak eenzijdig)
- Parasieten, zoals oormijt
- Seborrhoe, een huidaandoening met schilfering en overmatige talgproductie
- Anatomie, zoals hangoren, veel oorgangharen of een nauwe gehoorgang
Vaak spelen meerdere factoren tegelijk een rol. Zonder aanpak van de oorzaak keert de ontsteking vaak terug, wat leidt tot chronische oorproblemen.
Onderzoek en diagnose
Bij oorproblemen is een bezoek aan de dierenarts essentieel. Tijdens het onderzoek wordt de gehoorgang bekeken met een otoscoop of camerasonde. Soms is het nodig het oor onder lichte sedatie te spoelen voor beter zicht of om een grasaar te verwijderen.
Afhankelijk van de bevindingen kan aanvullend onderzoek nodig zijn, zoals:
- Oorsmeer-onderzoek op bacteriën, gisten of mijten
- Een hypoallergeen dieet bij verdenking op een voedingsallergie
- Een kweek bij hardnekkige infecties voor gerichte antibiotica
Bij ernstige of dieperliggende oorontstekingen, bijvoorbeeld richting het middenoor, wordt ook een antibiotica kuur opgestart.
Behandeling van oorontsteking
De behandeling is gericht op het bestrijden van de infectie én het wegnemen van de onderliggende oorzaak. Zonder behandeling kan de gehoorgang blijvend vernauwen en raakt het probleem steeds moeilijker onder controle.
Overgewicht (obesitas)
Overgewicht ontstaat geleidelijk en is niet plotseling aanwezig. Het ontstaat doordat er in verhouding tot de lichaamsbeweging te veel wordt gegeten. Zeker na castratie (bij vrouwelijke dieren vaak sterilisatie genoemd) is het van belang om goed op het gewicht te letten. Het lichaam van uw dier ondergaat dan namelijk hormonale veranderingen, waardoor er minder energie nodig is. Als dezelfde voedingshoeveelheid gegeven wordt als voorheen, dan kan dit tot overgewicht leiden.
Kenmerken van overgewicht
- De ribben zijn niet gemakkelijk te voelen.
- De taille die eerst zichtbaar was, is verdwenen.
- Kortademig, snel moe, lui of veel slapen.
Nadelen van overgewicht
Er zijn veel nadelen verbonden aan overgewicht. Vergeleken met dieren met een optimaal gewicht, hebben obese dieren een veel hoger risico op het ontwikkelen van niet-allergische huidaandoeningen, suikerziekte en artrose.
Deze obesitas gerelateerde ziektes kunnen het dier zelfs 2 jaar van zijn/haar leven kosten.
Overgewicht tegengaan
Het is niet gemakkelijk om uw huisdier op een gezonde en verantwoorde wijze te laten afvallen en dit vast te houden. Onze assistente Merel kan u en uw huisdier helpen met een speciaal voor dieren ontwikkeld afslankprogramma, zie ook Voedingsadvies – Dierenartspraktijk en Dierenkliniek Zuidplas. Indien nodig wordt hiervoor speciale dieetvoeding gebruikt, het Prescription Diet Metabolic van Hill’s. Het belangrijkste verschil met andere afslankvoedingen is dat deze voeding inspeelt op het unieke energieverbruik van ieder huisdier en het natuurlijke vermogen van het lichaam activeert om overtollig lichaamsvet te verbranden. Hierdoor valt het dier sneller af, zonder spierweefsel te verliezen en het voorkomt het jojo-effect voor de toekomst. Deze voeding is dus geschikt voor zowel gewichtsverlies als gewichtsbehoud!
Parasieten bij honden
Honden kunnen last hebben van inwendige (zoals wormen) en uitwendige parasieten (zoals vlooien, teken en oormijten). Parasieten kunnen veel ongemak veroorzaken, zoals jeuk, diarree of verminderde eetlust.
Veelvoorkomende parasieten:
- Vlooien → Jeuk, kale plekken, zwarte korreltjes in de vacht
- Teken → Bultjes in de huid, mogelijk ziekten zoals Lyme
- Oormijten → Heftige jeuk aan de oren, vuil of roodheid
- Wormen → Diarree, wormpjes in de ontlasting, opgezwollen buikje
- Luizen → Jeuk en slechte vachtconditie
Wat kun je doen?
- Controleer je hond regelmatig
- Gebruik preventieve middelen
- Ontworm regelmatig
- Behandel bij vlooien ook de omgeving
- Vraag je dierenarts om advies
Puppy’s
Gefeliciteerd, u heeft een nieuwe puppy! Een echte aanwinst voor het gezin. Er komt veel bij kijken nu deze kleine bij u is. We zetten de belangrijkste punten even op een rijtje.
Vaccinatie
Vaak wordt een nieuwe pup op ongeveer 8-9 weken door de nieuwe eigenaar opgehaald. Dat betekent dat de pup zijn/haar eerste vaccinatie al gehad heeft bij de fokker. Dat is de 6 weken vaccinatie tegen Hondenziekte (Distemper) en Parvo. Bij de nieuwe eigenaar krijgt de puppy dan de tweede vaccinatie tegen Parvo, Ziekte van Weil en Kennelhoest (Parainfluenza/Bordetella). Als laatste puppy vaccinatie komt op 12 weken leeftijd de grote cocktail tegen Hondenziekte, Hepatitis en Parvo en de booster tegen Ziekte van Weil. Het verdere vaccinatie schema kunt u zien op onze vaccinatie pagina.
Pas vanaf 12 weken leeftijd mag de Rabiës vaccinatie gegeven worden. 3 weken daarna is deze vaccinatie goed genoeg werkzaam en is het legaal om de grens van Nederland over te gaan met het dier.
Een puppy uit het buitenland, die jonger is dan 15 weken, is dus illegaal naar Nederland gekomen!
6 Maanden controle
Voor pups bieden wij een half jaar controle aan bij een leeftijd van 6 maanden. Tijdens deze controle kijken wij naar hetvolgende:
- het gebit: Het gebit van een puppy wordt tussen 4-6 maanden leeftijd gewisseld. Is het melkgebit volledig gewisseld en is de stand van het volwassen gebit goed?
- bewegingsapparaat: hoe voelen de ellebogen en de heupen en hoe is de stand van de poten?
- groei: hoe is de groei gegaan?
- voortplanting: het bespreken van castratie en sterilisatie
Ontworming
Het ontwormen van puppy’s begint al in het nest op 2, 4 en 6 weken leeftijd. Bij u zal de puppy nog ontwormd moeten worden op 8 en 12 weken. Vervolgens is het advies om de ontworming 1 keer per maand uit te voeren tot een leeftijd van 6 maanden. OM daarna 1 keer per 3 maanden te ontwormen.
Controle
– Chipnummer en registratie Verplicht chippen honden voor 7 weken leeftijd per 1 april 2013
Hart, oormijt, navelbreuk en ingedaalde testikels
Een hond is een gezellig, aangenaam huisdier en onmisbaar in vele gezinnen. Toch zien wij regelmatig puppy’s op het spreekuur met een twijfelachtig verleden. Deze puppy’s zijn gekocht (bijvoorbeeld via Marktplaats) in Nederland (of België), maar blijken oorspronkelijk uit Oost-Europa te komen en zijn soms onder verdachte omstandigheden ons land ingekomen. Een buitenlands paspoort of een vals Nederlands paspoort en valse vaccinatiebewijzen lijken te kloppen, maar helaas loopt het toch regelmatig fout en worden de hondjes ziek. Dit kan variëren van een kennelhoest- of oormijt-infectie tot een ernstige ziekte, zoals een besmetting met het parvovirus.
Wij willen u graag helpen bij de aankoop van een pup
Punten waar u bijvoorbeeld op kunt letten zijn, is de moederhond aanwezig, ligt de pup in een schoon nest, is de pup niet te mager en hoe reageert de pup op bezoek. Een pup moet een gezonde indruk maken, levendig zijn en lekker speels. Elke pup vanaf zeven weken beschikt over een vaccinatiebewijs in een Europees paspoort en heeft een chip.
Soms worden er onderzoeken gedaan naar erfelijke afwijkingen die vaak voorkomen bij bepaalde rassen. Informeert u goed naar de kenmerken en karaktertrekken van een bepaald ras. Een hond neemt u voor vele plezierige hondenjaren, dus neem ruim de tijd voor de aankoop van een puppy. Vaak kunt u meerdere keren de puppy’s bezoeken bij de fokker en zal ook hij graag uw vragen beantwoorden.
Wilt u meer advies over de aankoop van een pup, neem contact met ons op of kijk op www.fairpup.nl.
Uit de media (februari 2015) : De internationale, malafide handel in puppy’s concentreert zich in Brabant.
Omroep Brabant doet onderzoek: http://t.co/fhNP8Lo6Fg
Verzekeren
– 1 maand gratis via Petplan
Reizen met de hond
Er zijn aardig wat dingen om rekening mee te houden als u met uw hond op reis gaat. Zo zijn er algemene regels en wetgeving wat betreft reizen, maar ook per land zijn er specifieke eisen.
Algemene zaken
- Uw hond moet gechipt zijn en moet ook geregistreerd zijn. Honden worden als pup al verplicht gechipt, maar deze chip moet wel gecontroleerd worden.
- Uw hond moet een Europees dierenpaspoort hebben met alle juiste informatie. Ook dienen bepaalde vaccinaties afgeplakt te worden en moet de pagina met het chipnummer gelamineerd zijn.
- Uw hond moet het rabiës vaccin hebben gehad minimaal 21 dagen voor vertrek. Deze dient ook gelamineerd te worden in het Europees dierenpaspoort.
- Uw hond mag de Nederlandse grens niet over als hij of zij jonger is dan 15 weken. De rabiës vaccinatie mag namelijk pas vanaf 12 weken leeftijd gegeven worden.
- Elk land heeft eigen invoerregels. Een handige website om te kijken welke eisen een land heeft, is het LICG – invoereisen binnen Europa en LICG – invoereisen buiten Europa.
Antiparasitica
Voor bepaalde landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Noorwegen en Finland, is een extra behandeling tegen wormen verplicht. Deze behandeling moet vlak voor binnenkomst in het betreffende land worden uitgevoerd door een dierenarts en geregistreerd worden in het paspoort.
Gezondheidsrisico’s in het buitenland
In veel Europese landen komen parasieten en ziektes voor die in Nederland minder vaak of helemaal niet voorkomen. Uw hond loopt in het buitenland risico op infecties via muggen, teken, zandvliegen en wormen. Goede preventie is daarom essentieel.
Een bekende en gevaarlijke ziekte is Leishmania, overgebracht door zandvliegen. Deze ziekte komt vooral voor in landen rond de Middellandse Zee. Leishmania tast onder andere huid, ogen, gewrichten en organen aan.
Hartworm is een andere ernstige aandoening, die via muggen wordt overgedragen. De parasiet ontwikkelt zich tot volwassen wormen in hart en longen, met mogelijk dodelijke gevolgen. Hartworm komt vooral voor in Zuid- en Oost-Europa. Preventieve medicatie wordt sterk aangeraden bij reizen naar deze gebieden.
Verder kunnen honden in het buitenland besmet raken met tekenziekten zoals babesiose, ehrlichiose en de ziekte van Lyme. Deze ziektes veroorzaken uiteenlopende klachten zoals koorts, bloedarmoede, lusteloosheid en blindheid. Tekenwerende middelen en regelmatige controle van de vacht zijn hierbij de beste bescherming.
Tot slot zijn er in Europa gebieden waar specifieke wormen, zoals de vossenlintworm en longworm, veel voorkomen. Het is daarom verstandig uw hond zowel voor als na de vakantie te ontwormen, afhankelijk van het reisgebied.
Senior care voor uw hond
Uw hond hoort vanaf hun 7de levensjaar bij de senioren. Bij grote hondenrassen is dit zelfs al vanaf 5 of 6 jaar. Dit betekent niet direct dat uw dier oud is, maar het kan wel dat hij/ zij (ongemerkt) ouderdomsklachten begint te krijgen. De toestand van organen, weefsel en skelet kunnen achteruit gaan en tot problemen gaan leiden. Veel aandoeningen zijn bij vroegtijdig ingrijpen te verhelpen of te vertragen, zodat uw dier langer gezond en fit blijft.
Soms heeft uw dier andere voeding of voedingssupplementen, bepaalde medicijnen of een specifieke behandeling nodig.
Onze senior care begeleiding houd in:
- Het advies om 1 x per jaar een senior care afspraak te maken, dit kan evt. samen met de jaarlijkse vaccinatie. De consultprijs is gelijk aan het normale consult.
- Hart, longen en inwendige organen worden onderzocht (ook in of uitwendige zwellingen) en het gedrag wordt besproken.
- Het is wenselijk dat u verse urine meebrengt.
- We raden een bloedonderzoek aan om de toestand van de organen te kunnen beoordelen. Hiervoor moet het dier 12 uur van te voren nuchter zijn. Dit houd in : geen eten, wel water drinken.
- Mocht er aanleiding zijn voor nader onderzoek of een behandeling, bijv. röntgenfoto, echo, bloeddrukmeting, hartfilm dan doen we dat in overleg met u als eigenaar. Zo nodig wordt hiervoor en nieuwe afspraak gemaakt.
Mocht u na deze informatie nog vragen hebben neem dan gerust contact met ons op.
Suikerziekte bij de hond (Diabetes Mellitus)
Suikerziekte is een veelvoorkomende aandoening bij honden waarbij het lichaam onvoldoende insuline aanmaakt. Dit hormoon is essentieel voor het opnemen van suiker (glucose) uit het bloed in de lichaamscellen. Zonder insuline blijven de suikers in het bloed, wat leidt tot ernstige klachten.
Verschijnselen van suikerziekte bij de hond
- Veel drinken en plassen
- Meer eetlust, maar toch vermageren
- Futloosheid, meer slapen, trager lopen
- Slechte, pluizige vacht
- Mogelijke ontwikkeling van staar (troebele ogen)
Zonder behandeling kan uw hond ernstig ziek worden: niet willen eten of drinken, braken, zwakte en een zoete geur uit de bek. Dit noemen we ketoacidose, een levensbedreigende situatie die directe opname vereist.
Behandeling van suikerziekte
1. Insuline
Uw hond heeft dagelijks 1 of 2 insuline-injecties nodig, levenslang. Hiervoor wordt meestal Caninsulin® gebruikt. De juiste dosis wordt bepaald op basis van bloedonderzoek. Het toedienen van insuline is eenvoudig aan te leren.
2. Dieet
Het dieet is net zo belangrijk als de insuline:
- Voer twee keer per dag, bij voorkeur gelijktijdig met de insuline
- Gebruik speciale diëten zoals Hill’s RD/WD of Royal Canin Diabetic
- Vermijd tussendoortjes, vooral calorierijke zoals dental kauwbotten
- Geef elke dag exact dezelfde hoeveelheid voer
3. Beweging
Beweging beïnvloedt de bloedsuiker. Houd het dagelijks bewegingspatroon zo constant mogelijk. Af en toe extra beweging kan tot een te lage bloedsuiker (hypo) leiden.
Gevaren bij suikerziekte
- Hypoglycemie (hypo): te lage bloedsuiker. Symptomen: zenuwachtig gedrag, trillen, schokkerig lopen, zoeken naar eten
- Somogyi-effect: misleidende hoge bloedsuiker. Wanneer de bloedsuiker te laag zakt, gaat het lichaam extra suiker aanmaken. Hierdoor lijkt het alsof er te weinig insuline is, terwijl er juist te veel wordt gegeven.
- Ketoacidose: spoedgeval. Bij onvoldoende insuline kan uw hond instorten. Er is dan spoedopname nodig met infuus en kaliumtoediening.
- Zenuw- en orgaanschade bij langdurig slecht gereguleerde diabetes
- Staar (blindheid)
- Blaasontstekingen en nierinfecties
Vergiftiging bij honden
Vergiftigingen bij honden komen vaker voor dan je misschien denkt. Heeft je hond iets vreemds gegeten of vertoont hij plotseling zorgwekkende symptomen? Wacht niet af en neem meteen contact op met je dierenarts of spoedkliniek.
Symptomen van vergiftiging bij honden
De symptomen verschillen per type vergiftiging, maar veelvoorkomende signalen zijn:
- Braken
- Diarree
- Schuimbekken of overmatig speekselen
- Snelle of trage hartslag
- Moeite met ademhalen
- Sufheid of bewustzijnsverlies
Veelvoorkomende vergiftigingen
- Gevaarlijke voedingsmiddelen: chocolade, druiven en rozijnen, uien, knoflook, prei, bieslook, avocado (vooral de pit en schil), fruitpitten (bijv. perzik, abrikoos, kers) en xylitol (zoetstof in o.a. kauwgom, light-frisdrank, jam)
- Gevaarlijke planten: lelies (alle delen), taxus, kerstroos, kerstster, paddenstoelen, blauwalgen (vooral gevaarlijk bij zwemmen), eikels, dennenappels en kastanjes
- Medicatie voor mensen. Gebruik nooit medicatie die voor mensen bedoeld is, tenzij voorgeschreven door je dierenarts. Zelfs een lage dosering kan gevaarlijk zijn voor je hond.
- Gevaarlijke huishoudelijke en andere producten: schoonmaakmiddelen, onkruidverdelgers, ratten- en muizengif, slakkenkorrels, antivries, sigaretten en nicotineproducten, drugs (zoals hasj, wiet, XTC, etc.)
Behandeling van vergiftiging
Afhankelijk van het soort vergiftiging kiezen wij een passende behandeling. Dit kan bestaan uit:
- Braken opwekken (onder begeleiding)
- Toedienen van Norit (alleen op advies)
- Infuusbehandeling
- Bloedonderzoek
- Laxerende middelen
- Zuurstoftoediening bij ademhalingsproblemen